Plan 11 (Z2 niveau)

1. Lees alle keys door, zodat je weet wat er van je verwacht wordt
2. Je mag zelf de volgorde bepalen waarin je de oefeningen rijdt. De jury kijkt mee ook tijdens het rijden in de oefeningen voor je keys. Dit wordt meegenomen in de beoordeling van jouw keys en kan je het resultaat van je key dus positief en/of negatief mee beïnvloeden
3. Het paard is correct gebogen en rechtgericht net voor, tijdens en bij het uitrijden van de figuren en/of oefeningen van de key
4. De takt, regelmaat en impuls is correct en blijft net voor, tijdens en bij het uitrijden van de figuren en/of oefeningen van de key
5. De balans van het paard is net voor, tijdens en bij het uitrijden van de figuren en/of oefeningen van de key correct
6. De balans van de ruiter is net voor, tijdens het zijwaarts en bij het uitrijden van de figuren en/of oefeningen van de key correct. Dit houdt in dat de ruiter meegaat in de beweging en het paard niet hindert in zijn balans en beweging
7. De voorbereiding, het herstel en het tussendoor rijden van een oefening of figuur ter ontwikkeling en verbetering van jezelf en/of je paard is mogelijk. Dit kan het resultaat van jouw keys positief en/of negatief beïnvloeden
8. Tijdens jouw plan mag je beide kanten meerdere keren de figuren en/of oefeningen van de key uitvoeren
9. Zorg dat je op de hoogte bent van de juiste wijze van optoming en de kledingvoorschriften, die gelden tijdens het rijden van je plan. Dit kan de beoordeling van je keys positief en/of negatief beinvloeden.